'Meneer, kan u me helpen? Ik wil sterven.' Amelie Van Esbeen (93) vraagt het aan iedereen die haar kamer binnenkomt. Omdat niemand haar euthanasiewens wil inwilligen, is ze sinds vorige week - na een mislukte zelfmoordpoging - in hongerstaking. 'Tot de dood', zegt ze. (http://www.nieuwsblad.be/)
Dit nieuwsbericht was de aanleiding voor een maatschappelijk debat over euthanasie. Het doet denken aan de zaak van de Française Chantal Sebire, die ongeneeslijk ziek was maar noodgedwongen moest leven en lijden. In Frankrijk is euthanasie tout court verboden, bij ons is het legaal mits een hele waslijst vage voorwaarden.
Na de ellenlange lijst beschamende politieke blunders die ons land op de wereldkaart zetten, verzuipen we eens te meer in onze eigen bureaucratie. Maar dit geval is anders. Waar we doorgaans verstrengeld raken in de netten van oneindige wetten en decreten, is er nu vooral sprake van discussie omdat er een gebrek is aan eenduidige voorschriften. Amelie is namelijk geen terminale patiënt, ze lijdt hoogstens aan enkele ouderdomskwalen. Ironisch genoeg zorgen die kwalen ervoor dat ze niet in staat is er zelf een einde aan te maken, ze is afhankelijk van de goodwill en de deontologische verantwoordelijkheidszin van de behandelende artsen .
Die artsen besloten dat het geval van Amelie niet volstaat om euthanasie toe te kennen, en dus besloot de vrouw om in hongerstaking te gaan. Dat respecteert de omkadering dan wel weer. Ze laten de vrouw dus liever afzien en een pijnlijke dood te sterven dan haar een pijnloze en eervolle rust te gunnen. Meer zelfs dan het te respecteren, kwam die hongerstaking er in overleg met de verantwoordelijke artsen.
Ik vraag me af wat het verschil is tussen iemand een spuitje geven of iemand geen voeding meer geven, beiden op eigen wil. Het verschil is dat het eerste officieel als ‘euthanasie’ beschouwd wordt en dus een ingewikkelde procedure vereist. De tweede optie wordt klaarblijkelijk niet onder de noemer euthanasie gerekend en is dus volledig vrijblijvend. Het wordt tijd dat er een duidelijke omschrijving komt van de euthanasiewet die niet voor interpretatie vatbaar is.
Willen we euthanasie legaal houden? Wie komt in aanmerking? Is psychisch lijden reden genoeg om euthanasie toe te laten? Dit zijn vragen die gevoelig liggen en die altijd voor –en tegenstanders zullen kennen. Maar laat ons vooral mensen als Amelie niet nog meer lijden dan ze al doen. Mensen die levensmoe zijn plegen zelfmoord, mensen die daar niet toe in staat zijn, zijn afhankelijk van anderen. Men moet tegenwoordig al een papierberg trotseren en een heuse verantwoording afleggen om te mogen sterven. Uiteraard moet er psychologische bijstand zijn in de vorm van palliatieve zorg, als de behandelende arts oordeelt dat de patiënt daarbij gebaat zou zijn, maar dan komen we terug op de interpretatie en verantwoordelijkheidszin van de arts.
Het lijkt quasi onmogelijk om volledig objectieve en rechtlijnige criteria op te stellen. Maar het is al te belachelijk om een 94-jarige nog noodgedwongen in leven te houden en ze bijna te dwingen om in hongerstaking te gaan, nadat ze uitdrukkelijk haar wens om te sterven heeft geuit.
Ik kan niet anders dan toegeven dat Tim een 'prachtige' (het klinkt luguber als je weet waarover het gaat) titel voor zijn stuk heeft gekozen.
BeantwoordenVerwijderenZijn commentaarstuk begint ook goed: een korte, krachte inleiding die ons duidelijke zegt waarover dit gaat... Of zo lijkt het toch! Zo lijkt het me dat Tim een beetje aan het schipperen is tussen 2 ideeën: 'er moet dringend iets gebeuren aan de euthanasiewet' en 'de Belgische bureaucratie toont nogmaals dat ze niks waard zijn.' Beide mogelijkheden kunnen best bij een dergelijk onderwerp, maar het lijkt me toch dat je wel een duidelijke keuze moet maken. Of het ene, of het ander.
Uiteindelijk gaat hij naar het einde toe wel over naar het eerste idee: de euthanasiewet moet herbekeken worden. Tim haalt aan dat het duidelijk is dat dit moet gebeuren, haalt ook voorbeelden aan, maar die staan allemaal een beetje ongerangschikt. Bijgevolg was het me ook niet vreemd dat er van een einde van zijn tekst niet echt sprake is. Het is opeens gedaan.